Wanneer je de rijwerk onderdelen van je graafmachine vervangt is het vaak gissen naar de juiste spanning van de rubbertracks of kettingen. Het is belangrijk om de juiste spanning aan te houden, omdat dit de levensduur van je rupsonderstel en de machine sterk bevordert. Je onderstel gaat een stuk langer mee als je vanaf de aanschaf de juiste spanning hanteert.
In principe is er maar één leidraad voor de spanning van je tracks: de gebruikershandleiding van de machine. Hierin staat de spanning die de fabrikant voorschrijft, en ook de wijze waarop deze gemeten moet worden. Hieronder geven we je een voorbeeld uit de gebruikershandleiding van graafmachine merk Takeuchi. Wellicht dat er voor andere soort machines dus een andere werkwijze is.
De spanning die op de rubbertracks of kettingen wordt gezet is in te stellen met de spanunit. De positie van het voorwiel ten opzichte van het frame stel je af door vet in de vetspanner te pompen. Dit doe je door vet in de spanunit te pompen met een vetpomp via de vetspannippel.
Deze is meestal te vinden bij het inspectieluikje. De stang die uit de behuizing van de vetspanner komt zorgt ervoor dat het voorwiel gepositioneerd wordt om de juiste spanning op de rubbertracks of kettingen te zetten.
Lopen de tracks of kettingen te gespannen, of moet je de tracks of kettingen van de onderwagen halen? Dan kun je de spannippel losdraaien om spanning uit de vetspanner vrij te laten en het voorwiel verder naar binnen te halen.
Let op: draai de vetspannippel langzaam los en zeker niet te ver, want er staat veel druk op de spanner.
Voordat je een machine gaat gebruiken is het goed om de spanning van je kettingen of rubbertracks te controleren. Machinisten die hun machine goed kennen voelen al of de spanning goed is als de op de kettingen of rubbertracks gaan staan om de cabine in te stappen. Zakken de kettingen of rubbertracks ver door? Dan kan het zijn dat de spanning van de spanunit niet goed is ingesteld.
Als je de spanning van je rubbertracks of kettingen wilt controleren moet je de machine opbokken of opduwen zodat deze vrij kan ronddraaien. Nadat je dit hebt gedaan, laat je de tracks of kettingen nog even in de vooruitrijrichting draaien. Het voorwiel komt hierdoor namelijk zo ver mogelijk naar voren, waardoor de spanunit is zo spanningsvrij mogelijk is.
De tracks zullen gaan doorhangen. Je dient te meten hoe ver de tracks of kettingen doorhangen. De afstand kun je meten door onderstaand voorbeeld, of zoals de fabrikant het omschrijft in de gebruikershandleiding.
De afstand van het doorhangen is afhankelijk van het soort rupsonderstel van de machine. Een rubbertrack is namelijk lichter dan een onderstel met stalen rupsplaten. Let wel op: de onderwagen moet opgedrukt blijven tijdens het meten.
De bouw van de onderwagen en de verschillende types onderrollen geven een maat aan die hieronder omschreven wordt als A (bij rubbertracks) en B (bij kettingen met rupsplaten).
De lengte van de rubbertrack, het gewicht van de machine en de bouw van de onderwagen bepaalt hoe ver de track mag doorhangen om perfect onder de onderwagen te draaien. Deze berekening vind je terug in de gebruikershandleiding.
De juiste spanning voor jouw rubbertracks is te vinden in de gebruikershandleiding van de fabrikant van jouw machinemerk. Het aanhouden van de juiste spanning voor je rubbertracks heeft een positieve invloed op de levensduur van het rijwerk van je graafmachine.
Mocht je alsnog problemen hebben na het controleren van de spanning, kan het zijn dat het aan andere rijwerk onderdelen ligt die aan vervanging toe zijn. De maatvoeringen die deze mogen hebben vind je ook in de gebruikershandleiding. Bij twijfel kun je ook contact opnemen met onze specialisten, wellicht kunnen wij je verder helpen.
NL
NL
